© Aswulf, 2004
In een van haar artikelen stelt Frigga Asraaf zich een aantal vragen over het bidden binnen het Germaans heidendom. Eén passage in het bijzonder heeft mij aan het denken gezet: “Af en toe lijkt het mij best handig. Een boek uit de kast trekken en daarin precies verwoord vinden wat ik op dat moment wil zeggen”.
Het sprak tot mijn verbeelding: een handig klein boekje in donkerblauw leer ingebonden, met een hamer of valknut in goud op de voorkant gedrukt en gebeden voor allerlei gelegenheden erin. Helaas, zo’n boekje bestaat niet, nog niet. Men zou zelf gebeden kunnen verzinnen en schrijven. Maar waar begin je met zoiets? Er bestaan immers geen gebeden uit de heidense tijd. Toch?
Toen moest ik ineens denken aan een ritueel dat we eens hadden uitgevoerd. Daarin gebruikten wijeen stuk uit de Sigdrifumal, één van de heldenliederen uit de Lied Edda. Een stuk dat eigenlijk verdacht veel op een gebed lijkt.
Heil U, dag!
Heil U, zonen van dag!
Heil nacht en haar zusters!
Blik nu goedgunstig op mij,
Geef de zittenden zege.
Heil goden!
Heil godinnen al!
Heil vruchtdragend veld!
Spraak en verstand schenk mij beiden,
En handen met helende kracht.
Deze twee stanza’s ben ik vervolgens een tijdje elke ochtend in mijn tempel een paar keer gaan reciteren, een soort proefrit als het ware. En ja hoor, het werkt. Nu zullen er ongetwijfeld mensen zijn die gaan vragen wat ik daarmee bedoel. Het antwoord is eigenlijk vrij eenvoudig. Ik word mij bewust van het moment, een speciaal moment waarop ik dichter bij de goden kom. Ik word mij ook bewust van wat ik nodig heb, voor die dag en andere dagen. Goed verstand om dingen door te denken. De juiste woorden om die gedachten te kunnen formuleren; een positieve, creatieve, benadering; en ten slotte het vertrouwen in de goden alsmede in mijn eigen macht en kracht, zodat dingen goed komen.
Nu ik een model had voor een heidens gebed, begonnen de ideeën te vloeien. Dat is tenslotte niet zo verbazingwekkend als je elke dag om spraak en verstand vraagt. Gebaseerd op het bovenstaande stuk uit de Sigdrifumal, heb ik een aantal nieuwe stanza’s verzonnen. Ze zijn vrij algemeen en dus ook toepasselijk voor vele situaties. Ze kunnen bijvoorbeeld met elkaar gecombineerd worden om een langer gebed te vormen dat je elke ochtend herhaalt, maar ze kunnen ook afzonderlijk als kort gebed op zich gebruikt worden, of als onderdeel van een ritueel.
Heil U, Thor!
Heil U, Donderaar!
Heil U, meester van Mjöllnir!
Schenk mij macht en moed,
Opdat ik mijn daden kan doorzetten.
Heil U, Freya!
Heil U, Vanadis!
Heil U, Vrouwe van liefde!
Een open hart schenk ons beiden,
En ogen om de liefde te zien.
Heil U, Odin!
Heil U, Gangleri!
Heil U, wijze wensvader!
Schenk mij wijsheid en inzicht,
Een heldere geest in mijn werk
Heil U, Loki!
Heil U, Laufeys zoon!
Heil aan je lichtzinnige lach!
Schenk mij scherp inzicht,
En de gave over mijzelf te lachen!
Gebaseerd op hetzelfde model heb ik ook een paar gebeden gecomponeerd voor specifieke situaties. Een gebed aan Nehelennia, bijvoorbeeld, heb ik geschreven naar aanleiding van een zakenreis. Twee duizend jaar geleden werd zij aangeroepen voordat men de overtocht naar Engeland ondernam; waarom dan niet in het huidige tijdperk? Ik ervaar het als zeer toepasselijk en prettig om een paar minuten aandacht aan haar te schenken voor mijn vertrek. Ook al is een vliegreis heden ten dage geenszins even gevaarlijk als een zeereis toen.
Heil u, Nehelennia,
Heil u, nobele vrouwe,
Heil u, reizigers toeverlaat,
Houd de reizenden onder uw hoede,
En schenk ons een veilige vlucht
Heil u, Odin!
Heil u, Sanngetal!
Heil u, Ritser van Runen!
Maak helder de lagen van mijn lot,
Wijs mij de wendingen van Wyrd!
Heil U, Nornen!
Heil U, dochters van Wyrd!
Heil U, Urd, Verdande en Skuld!
Met woord en daad spin ik nieuwe draden,
Neem deze draden, weef ze in mijn lot!
Een kort gebed schrijven zoals de bovenstaande voorbeelden is vrij eenvoudig. Het model dat ik gebruikt, gaat als volgt:
Heil U, [God/Godin]
Heil U, [andere naam voor die God/Godin]
Heil U, [omschrijving van die God/Godin]
[Wens 1 (Schenk mij…)]
[Wens 2 of uitleg van wens 1]
Natuurlijk is dit model slechts een richtlijn, een soort basisstructuur die iedereen kan aanpassen om gebeden te schrijven die voor de eigen situatie toepasselijk zijn. Het gebed aan de Nornen, bijvoorbeeld, wijkt enigszins af van bovenstaand model. Wat ik wel belangrijk vind als ik een gebed schrijf is om te proberen dezelfde toon te creëren als in de oud-noordse gedichten die we bijvoorbeeld in de Lied Edda vinden.
Dat houdt in dat ik geen eindrijm gebruik, maar stafrijm, ook alliteratie genoemd. Dit is een rijmvorm waar klanken (voornamelijk medeklinkers) zich herhalen binnen een couplet of regel van het gedicht, zoals de w-klank in het volgende voorbeeld: “Woest waait de wind door Wodans woud…”
Een ander belangrijk aspect is het gebruik van kenningen, oftewel dichterlijke omschrijvingen. Een voorbeeld hiervan is “Meester van Mjöllnir”; dit is een kenning voor Thor. Een kenning verwijst naar één of meerdere karakteristieken of attributen van de god of godin die omschreven wordt. Door het gebruik van kenningen creëer je als het ware een breder beeld van de god of godin aan wie het gebed opgedragen is. In het geval van een god met meerdere aspecten maken de kenningen duidelijk tot welk aspect wij ons wenden. De regels “Heil u, Odin! Heil u, Sanngetal! Heil u, Ritser van Runen” verwijzen bijvoorbeeld naar Odin als runenmeester.
Bovenstaand model voor gebeden heeft een beperking. De individuele strofes zijn vrij kort, waardoor het niet altijd mogelijk is datgene wat men wenst uit te drukken volledig tot uiting te brengen. Voor mij is het schrijven van korte gebeden een soort uitgangspunt geweest om te experimenteren met andere, langere gebedsvormen. Wel blijft ik gebruik maken van stafrijm en kenningen, ze vormen als het ware het fundament waarop het gebed opgebouwd wordt. Een paar voorbeelden:
Heil U, Ase met de bokken!
Machtige mensenmaat,
Meester van Mjöllnir,
Beschermer van Midgard,
Donar donderaar, heil!
Reuzen wil ik verslaan,
Dreigende draken bedwingen.
Geef mij kracht voor mijn gevecht,
Sta mij bij in mijn strijd!
Heil U Nehelennia,
Vrouwe van de Lage Landen,
Waar land met water samen speelt,
Waar de wind zee en strand streelt.
Heil U Nehelennia,
Vrouwe van vruchtbare velden,
Waar het golvend graan het oog verblijdt
Waar zoete appels de oogst verrijken.
Heil U Nehelennia,
Vrouwe van zee en kust,
Waar water het land leven geeft,
Waar water met het land samen leeft.
Heil U Nehelennia, nobele vrouwe,
Wodan wensvader, wees gegroet,
Heil Frey en Freya, Heer en Vrouwe!
Goden en godinnen, alfar en disir, heil!
Ik geef dank voor de goede dingen
Die dit leven dierbaar maken.
Voor de lucht die ik adem,
Voor de zon die op mij schijnt,
Voor de wind die mijn wangen streelt,
Geef ik dank
Voor het versgebakken brood,
Voor het fruit van het veld,
Voor het gouden bloed van de bijen,
Geef ik dank.
Voor de vrouw die ik lief heb,
Voor het blik in haar ogen,
Voor haar hoofd op mijn schouder,
Voor alle deze dingen
Geef ik duizendmaal dank
Natuurlijk zijn er vele andere inspiratie bronnen om gebeden te schrijven. In het voorgaande heb ik laten zie hoe ik fragmenten van goden- of heldenliederen uit de Lied Edda als basis neem voor een gebed. Ook gedichten van recentere aard, citaten van moderne auteurs, of pakkende replieken uit een film kunnen in een gebed verweven worden. Tenslotte gaat het niet om de vorm van een gebed, of het lang of kort is, of het met alliteratie en kenningen geschreven is. Het belangrijkste is dat een gebed het ons mogelijk maakt om die dingen uit te drukken die ons diep in het hart zitten, om hetgeen te verwoorden wat wij met de goden willen delen.
Bronnen
-
Saemundar Edda – Sophus Bugge
Universitetsforlaget, Oslo 1965 -
Edda – vertaling Jan de Vries
Uitgeverij Ankh-Hermes, Deventer 1994